Expansies
Als gevolg van temperatuurverschillen moeten goten te allen tijde de mogelijkheid hebben om uit te zetten en te krimpen. Dit vangt men op door expansiestukken aan te brengen.
In onderstaande tabel 3.3 en figuur 3.1.22 staat een overzicht weergegeven waar de expansiestukken geplaatst moeten worden.
Expansiestuk in dakgoot
Gootuitvoering | Max. gootlengte zonder expansiestuk | Mechanische expansie | Rubberen expansie |
---|---|---|---|
Goot in bak | |||
2 vrije uiteinden | 12 m | 12 m | 9 m |
1 vrij uiteinde | 6 m | 6 m | 4,5 m |
Goot in de beugel | |||
2 vrije uiteinden | 18 m | 18 m | 12 m |
1 vrij uiteinde | 9 m | 9 m | 6 m |
Tabel 3.3
In de praktijk onderscheidt men twee typen expansies, te weten de mechanische expansie (zie figuur 3.1.23) en de rubberen expansie (zie figuur 3.1.24). Een mechanische expansie heeft links en rechts een expansieschot en een separatieschuif. Een rubberen expansie is uitgevoerd met een rubber gevulkaniseerd expansiestuk en een zinken kraalrand.